Hoofdinspecteur Martin Beck krijgt te maken met drie zaken: een bankoverval door een jong meisje, de moord op een filmproducer en het nemen van veiligheidsmaatregelen bij het bezoek van een antipathieke Amerikaanse senator.
In een Zuid-Amerikaans land wordt de gouverneur van een deelstaat tegen zijn wil een speelbal van een reactionaire regering.
Wanneer een Duitse schilder in Spanje op onderzoek gaat naar een verdwenen Noors echtpaar, komt hij in aanraking met de politie, die hem verdenkt van moord en het houden van contacten met het geheime verzet tegen het bewind.
Van een heimelijk geplaatste bom in het grootste kantoorgebouw van een super gereglementeerde welvaartsstaat anno 2000 moet de commissaris binnen één week de dader vinden.
In opdracht van zijn regering wordt een commissaris van politie uit het buitenland teruggeroepen omdat het land in een noodtoestand verkeert na het uitstellen van de verkiezingen en het uitbreken van een epidemie.
De Stockholmse recherche staat voor de bijna onmogelijke taak de moord op een gepensioneerde alleenstaande man op te lossen.