Mijn kleine oorlog
- 112bladzijden
- 4 uur lezen
Louis Paul Boon was een Vlaamse schrijver, dichter en schilder. Zijn werk kenmerkt zich door een unieke stijl, die zich vaak verdiept in complexe menselijke relaties en maatschappelijke thema's. Boon verkende in zijn creaties de grenzen van taal en kunst, waarmee hij een krachtig en blijvend literair erfgoed creëerde.






Het burgermeisje Ondineke Bosmans waant zich het centrum van het universum. Om hogerop te komen in het leven gooit ze haar vlechtjes en borstjes en sluwheid in de strijd. Ze wil koste wat kost ontsnappen aan het grauwe bestaan in "de stad van de 2 fabrieken waar het altijd regent, zelfs als de zonne schijnt'. Ondine is evenwel te zelfzuchtig om haar situatie goed te kunnen beoordelen. Onbewust zwemt ze tegen de stroom van de geschiedenis in en zo verprutst ze het telkens weer voor zichzelf en voor haar naasten. Uiteindelijk blijft Ondine met lege handen achter, terwijl de mensen om haar heen het ware geloof menen te hebben ontdekt: het geloof in gestage vooruitgang door wetenschap en techniek. Maar hoe zonnig sommigen het ook inzien, het blijft maar regenen in "de stad van de 2 fabrieken'. Die stad blijkt onze eigen naoorlogse wereld te zijn, waarover de schrijver van Ondines verhaal en enkele huisvrienden heftig debatteren. Over één ding zijn ze het niettemin eens: het is de hoogste tijd om met zijn allen op zoek te gaan naar "de waarden die waarlijk tellen' in ons kortstondige bestaan. De Kapellekensbaan is een grote roman over hoe we vandaag het slachtoffer dreigen te worden van een verkeerd begrepen moderniteit. Dit telkens weer herdrukte meesterwerk van Louis Paul Boon is het absolute hoogtepunt van de Nederlandstalige literatuur van de vorige eeuw.
Het Vlaamse episcopaat vond het vooral een schunnig boek en het werd verboden. Mieke Maaike's obscene jeugd - pornografisch verhaal, voorafgegaan door een proefschrift 'in en om het kutodelisch verschijnsel', waarmee student Steivekleut promoveerde. Recensie; De herdruk van deze Nederlandse pornografische klassieker is weer geillustreerd met oude erotische foto's. Eerdere drukken waren gesierd met tekeningen van Boon zelf of van Peter van Straaten. De student Steivekleut maakt een proefschrift 'omtrent en in het kutodelisch verschijnsel bij aankomende kind-wijfjes'. Hij vindt de negentienjarige Mieke Maaike bereid zijn informant te zijn. Haar levensverhaal speelt zich af (afspelen heeft in Mieke's jargon een speciale betekenis) over een aaneenschakeling van mannelijke geslachtsdelen. Rond haar achttiende is 'gewone' seks niet meer voldoende en krijgt ze steeds meer behoefte om iemand af te rossen tijdens het vrijen. Nog beter is het als ze iemand kan laten afrossen, bij voorkeur een jaloerse echtgenote.
This, the author writes, is "the novel of the individual in a world of barbarians." It is the story of Ondine and Oscarke, a young married couple adrift in a Belgian landscape that is darkening under the spread of industry and World War I. Ondine, who "came to serve god and live," finds that she must "serve the gentlemen" instead. Oscarke, an aspiring sculptor, finds himself unsuccessfully scouring Brussels for work and, when he is finally hired, too tired to make his own art. They grow old and their four children grow up as "technology and mechanization, unemployment, fascism, and war" take over around them. War destroys their attempts to establish a better life, which they seek continually and against all odds. And the chapters about these characters, some of whom first appeared in Chapel Road, alternate with chapters about Boon himself, who describes the impossibility of modern life and the destruction of war. As this wide-ranging novel progresses, the author's struggles--both with writing and with his own life--come more and more to resemble those of his characters.