Willem Bleeker zegt in een opwelling zijn gezin en kantoorbaan vaarwel en gaat naar Amsterdam. Zijn vlucht naar de 'vrijstad' levert hem echter niets op: hij blijkt zijn problemen en onvermogen slechts verplaatst te hebben. In werkelijkheid is hij niet in staat het roer radicaal om te gooien. Met Bleekers zomer, haar romandebuut, vestigde Mensje van Keulen in 1972 in één keer haar reputatie. De grauwheid van het dagelijks bestaan krijgt in dit boek dankzij de sobere stijl, de taalplastiek en de voortreffelijke dialogen op meeslepende wijze contour. En dat is dan ook direct de grote kracht van Mensje van Keulen: eenzaamheid, degeneratie en kleinburgerlijkheid — het is geen vrolijk universum dat zij ons voorzet, maar de schrijfster weet dit alles zo prachtig uit te beelden dat je haar boeken ademloos uitleest. Met een nawoord van Tonny van Winssen.
Mensje van Keulen Boeken
- Danny Cruyff
- Mien Biesheuvel
- Constant P. Cavalry
- Josien Meloen






De laatste gasten
- 166bladzijden
- 6 uur lezen
Na het overlijden van haar liefdeloze tante - voor wie ze tot dus ver zorgde - moet de negentienjarige Florrie het huis verlaten. Ze neemt als hulp in de huishouding haar intrek in Huize De Meihof, waar ze een zolderkamertje krijgt toebedeeld. Het is een tehuis waarin zeven gepensioneerde en zeer eigenzinnige mensen wonen, die elkaar het leven zuur maken. Met de komst van Florrie wordt het er niet beter op en langzamerhand begint het dreigende onheil macabere vormen aan te nemen.
Olifanten op een web
- 253bladzijden
- 9 uur lezen
Autobiografisch getint relaas van de relatie van de schrijfster tot haar moeder, haar familie en haar verleden.
Mensje van Keulen koos regelmatig het huwelijk tot onderwerp van haar verhalen, die stuk voor stuk een zowel meedogend als meedogenloos inzicht geven in de inspanningen die nodig zijn om een huwelijk te laten slagen. De verhalen bijeengebracht in Huwelijksverhalen bieden naast dit inzicht ook troost, hoop, plezier en een zeker leedvermaak.
Die rote Schlinge
- 200bladzijden
- 7 uur lezen
Er ist laut, grobschlächtig, und er stinkt. Maria und Bee nennen ihn „den Tiermann“ und können gar nicht verstehen, wieso Mama sich den ekligen Kerl ins Haus geholt hat. Die beiden Mädchen sind davon überzeugt, dass er ihr nicht gut tut. Und da steht für sie fest: Der böse Mann muss verschwinden. Mensje van Keulen, eine der namhaftesten Autorinnen der Niederlande, schildert eine Familientragödie aus der Sicht eines boshaften elfjährigen Mädchens.
Mit seinem Ziehvater, Lokführer Eef, erlebt Tommy Bahnhof haarsträubende Abenteuer. Ab 10 Jahre



