Er stromen rivieren in de lucht
- 475bladzijden
- 17 uur lezen





In een oude villa op het Italiaanse eiland Procida woont een jongen met zijn vader. Arturo gaat niet naar school en brengt zijn dagen door in de wilde, weelderige natuur van het eiland. 's Avonds leest hij boeken over grote ontdekkingsreizen en het mysterieuze Oosten uit de bibliotheek van zijn vader. Die is zijn grote voorbeeld: groot, blond, onverschrokken - zoals de helden uit Arturo's boeken, die geheel hun eigen weg gaan.De grote afwezige in huis is de moeder van Arturo, die in het kraambed overleed en als een heilige wordt vereerd door haar zoon. Er is geen vrouw ter wereld om bij haar in de buurt kan komen. En dan keert zijn vader op een dag terug van zijn reizen met een jonge vrouw, met wie hij net blijkt te zijn getrouwd. Ze is maar twee jaar ouder dan Arturo en staat voor alles wat hij verafschuwt: stads, verwend en streng gelovig. En toch oefent ze een steeds grotere aantrekkingskracht op hem uit. Langzaam maar zeker wordt de paradijselijke microkosmos waarin Arturo leeft onttoverd.
Davidu is negen jaar oud als hij ziet hoe zijn buurjongen Gerruso door een groep jongens wordt mishandeld. Als ze daarna ook Gerruso's nichtje Nina aanvallen, grijpt Davidu in. Zijn oom Umbertino is getuige van Davidu's kracht en bedrijpt dat zijn neefje voorbestemd is net als hijzelf een groot bokser te worden. Davidu groeit op in de vieze straten van Palermo, zonder vader maar met een opa en oma. Zij brengen hem de waarden bij die hij nodig zal hebben om te kunnen overleven in het arme Palermo waar de maffia heerst, het recht van de sterkste geldt en het leven draait om eergevoel.
In een ver verleden werd Fantasia bewoond door vele volkeren die vreedzaam en harmonieus naast elkaar leefden. Om de vriendschap tussen alle rijken te stimuleren plaatsten de feeën in elk rijk een Poort, een doorgang waarmee de bewoners door het enorme gebied van Fantasia konden worden getransporteerd. Maar heksen maakten in het geheim misbruik van de Poorten. Niemand had door wat er aan de hand was, tot het te laat was. Zo begon het verhaal van het Verloren Rijk... Vlak voor ze onder het juk van de Zwarte Koningin bezweken, slaagden de Boselfen erin Saturno, de uitverkorene, te laten vluchten. Saturno was nog maar een klein kind toen hij in het rijk van de Sterrenelfen belandde. Op zijn vijftiende verjaardag, in het jaar van de Stralende Ster, ontdekt hij het geheim van de Poort en het Rijk waar hij vandaan komt. En hij besluit zijn lot tegemoet te gaan...
In het mysterieuze Almayer, een afgelegen herberg aan zee, komt een bonte verzameling mensen bijeen, ieder met zijn of haar eigen verleden en angsten. Ze zijn allemaal op zoek. Er is de vijftienjarige Elisewin, die lijdt aan overgevoeligheid en bang is voor alles en iedereen. En er is professor Bartleboom, die onderzoek doet naar het begin en einde van dingen. De excentrieke kunstenaar Plasson doopt zijn penseel in oceaanwater om een portret van de zee te schilderen. En de beeldschone madame Deverià is door haar man gestuurd om te genezen van haar overspel. Als deze mensen elkaar ontmoeten, komen ook hun lotsbestemmingen samen als in een vooropgezet plan. Bovenal is er de zee zelf: de werkelijke hoofdpersoon en het geheimzinnige middelpunt van de verschillende verhalen. Oceaan van een zee is speels, provocatief en stemt tot nadenken, een bijzonder originele en wijze roman.